De busreis naar dit dorp op 700 meter bij de ingang van het Peryar Wildlife Sanctuary duurde 5 uur. De eerste 100 km tamelijk vlak, de laatste 50 km steiler en kronkelend, door rubber-, bananen-, kardamom-, koffie- en theeplantages met prachtige vergezichten. Juist op dat laatste stuk kregen wij op ons bankje vooraan voor 3 personen, inwoning van een mevrouw met ruim bemeten achterwerk. Staatsbussen hebben hier aan de ene kant een tweepersoonsbankje, aan de andere kant een driepersoons. Na 2 pogingen lukte het haar om zich tussen de leuning en mij te wurmen, vervolgens zat ik totaal klem, dan duurt 50 km heel erg lang…. De volgende dag hadden we een pechdag. Ik moest naar de dokter voor nieuwe medicijnen (die hielpen gelukkig) en Mary haar telefoon begaf het van het ene op het andere moment. Na drie telefoonshops was de diagnose: softwareproblemen, dus we moesten wel een nieuwe telefoon kopen, want zonder whatsapp, wordfeud en faceboek ziet zelfs de Indiase wereld er maar bleekjes uit. Suresh, de eigenaar van Greenview, ons guesthouse, zei het zo: vroeger waren de gasten geïnteresseerd in de kwaliteit van de kamer: schoon, goed bed, lekkere douche; nu zijn ze vooral geïnteresseerd in de kwaliteit van de wifi! Mary is dus heel blij met haar nieuwe telefoon, we zijn zaterdag en zondag dan ook welgemoed op pad gegaan. Eerst naar een “grape farm” aan de Tamil Nadu-kant. We konden er zelfs wijn kopen, maar dat leek ons geen goed idee, we hebben genoten van versgeperst druivensap. De volgende dag hebben we een wandeling gemaakt naar een uitzichtspunt met een groot kruis vlak bij een Syrisch-Orthodox kerkje. Halverwege lag een super deluxe hotel, toen we aan de wandeling begonnen, vroeg een aardige Engelsman, die daar logeerde en met de auto was of hij ons de klim kon besparen. Wij zeiden dat de klim juist de bedoeling was. Na de nodige inspanning bereikten we het hotel, waar het niet bij een heerlijk kopje koffie bleef. We werden zo vriendelijk ontvangen, dat we er maar bleven voor de lunch. De manager wilde dat we de volgende keer daar in Poetry verbleven, we moesten hem dan maar persoonlijk bellen. Terug van het uitzichtspunt naar beneden kregen we weer een lift aangeboden, die hebben we in dank geaccepteerd. We genieten van het weer hier: overdag 28 gr, ’s nachts beneden de 20 gr, heerlijk met een deken over in bed.
In Kumily is een tempel (heel lelijk), een katholieke kerk, ook lelijk. maar met een hagelwitte, 7 meter hoge pieta ervoor. Een moskee, die we alleen maar kennen van de geluiden en twee orthodoxe kerken. Het witte Syrisch Orthodoxe kerkje is een plaatje, er staat een bord bij dat de kerk gesticht is in 54 AD. Volgens overlevering heeft de discipel Thomas hier voet aan land gezet en het geloof verkondigd, ergens staan zijn voetstappen nog in een rots gegrift. Anderen zeggen dat Iraakse kooplieden in de 3e/4e eeuw het geloof hebben meegebracht. In de 15e eeuw ontdekte Vasco die Gama (Zuid)India. De Portugezen legden met harde hand – de Inquisitie- het Katholieke geloof op en dreven de Syrisch Orthodoxe Christenen naar het binnenland. Sinds die tijd is het gebied, nu de staat Kerala, overwegend christelijk. Het wemelt hier van de kerken, ook veel nieuwbouw, en er zijn zeker net zo veel denominaties als in Nederland. Grappig is dat ten zuiden van Fort Kochi een gebied ligt waar niet Maria, maar Jozef wordt vereerd. Overal zie je afbeeldingen met Jozef en het kind en kerken en scholen zijn vernoemd naar Jozef. We zagen ook een school en een bus vernoemd naar Judas, wat dat betreft zijn ze hier ruim denkend… Ik zou nog wel dieper willen ingaan op de rol van religie in het dagelijkse leven, maar misschien vinden jullie dat wat teveel van het goede. Ik vertel er graag nog eens over.
Morgen vertrekken we naar Madurai, daarna naar Kania Kumari in het uiterste zuiden. Voor jullie allen veel liefs van ons